16.06.2015
Studenten tewerkstellen: do’s and don’ts

shutterstock_107323043.jpg

Nu de zomer zijn intrede doet en de vakantieperiode voor de deur staat, wil u misschien studenten in dienst nemen die tijdens deze periode een handje toesteken. Zijn er daarbij do’s en don’ts? Wat zijn de belangrijke voordelen? Ardis zet de vuistregels met betrekking tot studentenarbeid voor u op een rijtje.

Met élke student die in uw onderneming werkt, moet vooraf een schriftelijke arbeidsovereenkomst worden gesloten. Deze arbeidsovereenkomst moet verplicht een aantal specifieke vermeldingen bevatten, zoals bijvoorbeeld de periode van de tewerkstelling. Ook is er de verplichting om een kopie van de studentenarbeidsovereenkomst te bezorgen aan het toezicht op de sociale wetten, wat vaak over het hoofd wordt gezien. Zorg er verder voor dat u een kopie van het arbeidsreglement aan de student overhandigt en de student een ontvangstbevestiging laat ondertekenen. Het niet naleven van deze verplichtingen kan tot gevolg hebben dat de studentenarbeidsovereenkomst als een gewone arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur wordt aanzien, wat onder meer gevolgen heeft voor de toepasselijke opzeggingstermijnen.

Studenten mogen niet zomaar voor elk soort werk ingezet worden. Gevaarlijke arbeid, arbeid “die hun krachten te boven gaat”, die hun gezondheid bedreigt of waarvan de student het risico onvoldoende kan inschatten is in elk geval verboden. Ook werken op zon- en feestdagen en nachtwerk is in principe verboden, hoewel daarvoor onder bepaalde voorwaarden uitzonderingen gelden. Verder mogen minderjarigen maximaal 4,5 uren werken zonder onderbreking, daarna volgt minstens een half uur verplichte rust. Bij een werkdag van 6 uren wordt deze rustperiode zelfs opgetrokken naar 1 uur.

Interessant aan de tewerkstelling van studenten is uiteraard de vrijstelling van rsz-bijdragen voor het loon van studenten. Slechts een solidariteitsbijdrage van 5,43% op het brutoloon is verschuldigd door de werkgever (bovenop 2,71% te betalen door de werknemer). Opgelet! deze vrijstelling geldt slechts voor de eerste vijftig dagen tewerkstelling per kalenderjaar en voor zover gewerkt wordt buiten “de periodes van verplichte aanwezigheid in de onderwijsinstellingen”. Dit betekent dat een student ook mag werken buiten de maanden juli, augustus en september, zolang het buiten de schooluren gebeurt. Studentenwerk dat niet voldoet aan deze regels, valt onder de gewone regeling.

Studenten kunnen op een eenvoudige manier een attest bekomen dat bevestigt hoeveel dagen zij reeds hebben gewerkt in een kalenderjaar. Vraag dit steeds op bij de student om onaangename verrassingen te vermijden. Zo vermijdt u dat het quotum van vijftig dagen arbeid ongemerkt wordt overschreden.

Ook kan de studentenarbeidsovereenkomst redelijk soepel beëindigd worden. De proefperiode en opzeg wegens ziekte, beëindigingsmodaliteiten die bij de gewone werknemers werden afgeschaft, bestaan nog steeds voor studenten. Na zeven dagen ziekte kan de arbeidsovereenkomst beëindigd worden om deze reden. Tijdens de proefperiode (de eerste drie arbeidsdagen) kan de arbeidsovereenkomst beëindigd worden zonder opzeg of vergoeding, door de werkgever of door de student.

Qua loon dient u minstens het minimumloon van uw sector te betalen. Indien de sector daarover niets bepaalt, is het gemiddeld gewaarborgd minimum maandinkomen van toepassing. In 2015 bedraagt dit GGMMI 1.051,27 EUR voor een student van 16 jaar en jonger, en loopt dit stelselmatig op tot 1.559,38 voor iemand van 21 jaar.

Indien u nog verdere vragen over tewerkstelling van studenten heeft, als u bijvoorbeeld een specifieke regeling binnen uw sector voor de tewerkstelling van studenten wenst te kennen of een studentenarbeidsovereenkomst wenst op te maken, kan Ardis u daar bij ondersteunen.

Webdesign by Code d'Or